levendebezems-coverHet mooiste boek dat ik als kind heb gelezen? Zonder enige twijfel ‘Levende Bezems’ van Lisa Tetzner. Het vertelt het bizarre verhaal van arme Zwitserse jongetjes die werden verkocht aan schoorsteenvegers in het negentiende-eeuwse Milaan. Als tienjarig jongetje las en herlas ik het op ware gebeurtenissen gebaseerde boek, dat een triest beeld schept van ’t slavenwerk dat zij moesten verrichten. Bijna zestig jaar later ga ik op zoek naar het dorpje waar de hoofdpersoon uit het boek werd geboren en vind ik zijn voetstappen in Milaan en met name in Santa Maria Maggiore. Vanaf vandaag (31 augustus) vindt daar weer het jaarlijkse schoorsteenvegersfestival plaats.

monte-zuccheroHet dorpje heb ik leren kennen uit het spannende jeugdboek ‘Levende Bezems’. Nu zie ik voor ’t eerst de naam in werkelijkheid op een bord, aan de rand van de Zwiterse stad Locarno: ‘Sonogno, 35 kilometer’.

Honderdvijftig jaar geleden ging er geen enkele weg naar toe. Giorgio, de dertienjarige jongen die er destijds woonde en door zijn vader werd verhuurd aan een criminele koppelbaas, deed er een volle dag over om naar Locarno te lopen. Hij klauterde over geitenpaadjes, kroop via een omgevallen boom naar de overkant van de woest stromende rivier de Verzasca en keek zijn ogen uit in de dorpen waar hij onderweg kwam: Mulini, Brione, Frasco. Het is alsof ik de weg al ken als ik dichter bij Sonogno kom, en dat Giorgio nooit echt heeft bestaan, maakt niets uit. Want zijn levensverhaal is gebaseerd op echte gebeurtenissen uit de tweede helft van de negentiende eeuw.

verzasca

verzasca-binder 

Ticino oftewel Tessino is een kanton in het zuiden van Zwitserland, tegen Italië aan. Toeristen gaan er nu graag heen om bergtochten te maken, te bungeejumpen, te skiën of te langlaufen, en in elk seizoen is het eten er heerlijk. Hier wordt Italiaans gesproken en gekookt. Maar Giorgo, zijn ouders en zijn nonna  kenden geen cappuccino en hadden zelden pasta op het menu. Hun dagelijkse kost was polenta: armeluisvoedsel dat van maïs wordt gemaakt. Het was een hard leven op de onvruchtbare, steile gronden. Als de oogst mislukte, leden de mensen in de streek honger. Voor de vader van Giorgio zat er na een dergelijk rampjaar niets anders op dan in te gaan op het aanbod van  ‘de man met het litteken’ om de jongen een halfjaar aan het werk te zetten bij een schoorsteenvegersbaas in Milaan, bijna 150 kilometer naar het zuiden.

De Duitse schrijfster Lisa Tetzner heeft over Giorgio’s belevenissen samen met haar man Kurt Held het boek ‘De Zwarte Broeders’ geschreven (in het Nederlands verschenen als ‘Levende Bezems’), dat een internationaal succes werd. Mijn beduimelde exemplaar ligt als een soort atlas op de achterbank van de auto als ik naar Sonogno rijd.

Het is er rustig. Veel toeristen komen er nog altijd niet. Wij logeren in het eenvoudige Ristorante Alpino. Het is er spartaans – via de gang naar de douches – maar chic zou hier ook niet gepast hebben. Giorgio moest over de daken van andere huizen klauteren op weg naar de kerk als hij de klokken moest luiden.

Meer dan een halve eeuw na het lezen van Levende Bezems, wil ik het gebied nu wel eens met eigen ogen zien. Het was mijn eerste kennismaking met het Italiaans; ik oefende op mijn kamertje op de kreet die Giorgio en zijn baas door de Via Manzoni in Milaan lieten schallen: “Spazzacamino! De schoorsteenveger!” Als ze werden binnengeroepen in een van de grote huizen, moest Giorgio door de schoorsteen klimmen om roet, vogelnesten en andere ongerechtigheden te verwijderen. Levensgevaarlijk werk, waarbij heel wat jongens ziek werden en het leven lieten.

Tussen Alessi en Artemide is geen plaats meer voor de kreet ‘spazzacamino’


De Via Alessandro Manzoni in Milaan bestaat nog steeds. Hij ligt in het centrum van de rijke Italiaanse modestad, met winkels van designmerken als Alessi en Artemide; ze hebben de mooiste lampen en gedurfde ontwerpen voor de eenvoudigste huishoudelijke artikelen. In de straat herinnert niets meer aan de arme schoorsteenvegertjes en ook de kreet ‘Spazzacamino’ weerklinkt er niet meer.

polenta

Vlakbij bevindt zich de luxueuze overdekte winkelgalerij Galleria Vittorio Emmanuelle II. Een aangeklede pizza quattro stagioni hier kost ongeveer hetzelfde als het complete ‘schoorsteenvegersmenu’ dat ons een paar dagen later wordt geserveerd in de pizzeria Da Franco in het dorpje Santa Maria Maggiore, honderd kilometer naar het noorden. Hier bevindt zich een heus schoorsteenvegersmuseum. Het schoorsteenvegersmenu bestaat uit vier gangen eerlijke kost: vooraf een worstschotel, daarna als hoofdgerecht polenta met eekhoorntjesbrood, vervolgens verschillende soorten kaas uit de streek en ten slotte een stukje taart dat een beetje op krentenbrood lijkt. We krijgen er warempel nog een kwart liter wijn bij en een kopje koffie.

De maaltijd wordt geserveerd door de dochter van Signora Anita Hofer. Anita is niet alleen de eigenares van de pizzeria, maar ook van het Museo Spazzacamino, schuin aan de overkant. Na het eten bestel ik nog een kwartlitertje rode wijn en dan komt mevrouw Hofer bij me zitten. Haar vertel ik mijn verhaal: over het boek dat mij als kind fascineerde en over mijn zoektocht naar Giorgio en zijn ‘zwarte broeders’. Geholpen door de rode wijn doe ik mijn relaas in mijn beste Italiaans, dat behoorlijk slecht is.

geefboek

Dan leg ik mijn bijna stukgelezen exemplaar van Levende Bezems voor haar op tafel. “U mag dit boek hebben”, zeg ik tegen haar. “U kent nu de bijzondere geschiedenis erachter.” Waar kan het beter terecht komen dan in de bibliotheek van het schoorsteenvegersmuseum.

Anita Hofer is zichtbaar geroerd. “Het museum heeft geen Nederlandse versie van het boek”, zegt ze, “ik ben er blij mee.” In ruil krijg ik van haar een nieuwe Italiaanse uitgave van het boek, met schitterende illustraties van graficus Hannes Binder. 

Dan wordt het tijd om het museum te bezichtigen. De reis is eindelijk ten einde gekomen.

 

Lees ook:

Informatie over het schoorsteenvegersfestival

De vallei van de Verzasca

{google_map}Sonogno, Zwitserland|width:100%|zoom:9|border:1|border_style:solid|border_color:#000000{/google_map}

In de vallei van de Verzasca zijn tal van wandelpaden uitgezet, van eenvoudig tot voor geoefende bergwandelaars. Waaghalzen kunnen de sprong van James Bond nadoen uit de film Golden Eye als ze bungeejumpen vanaf de dam in de Verzasca, 200 meter diep. Sonogno kent een wintersportcentrum met mogelijkheden voor schaatsen, ijshockey, langlaufen en winter-excursies. 

Meer informatie op www.tenero-tourism.ch

De vallei ligt dicht bij de afslag Bellinzona-zuid van de snelweg A2. Vanaf Locarno wordt een busdienst onderhouden naar het plaatsje.

Museo dello Spazzacamino

In september vindt elk jaar een internationale schoorsteenvegersconventie plaats in het schoorsteenvegersmuseum in Santa Maria Maggiore.

Meer informatie: www.museospazzacamino.it

Copyright © 2015-2024 Studio Martin Rep Bussum