thesquibs

Het verhaal van de vergeten Zaanse band The Squibs kent maar één hoofdstuk. Hieronder volgt het.

Eind 1964. De beat overspoelde Engeland. In Amerika heette dat rock 'n roll - zo noemden wij alles wat harder en ritmischer klonk dan rhythm 'n blues. In het kielzog van The Beatles en The Rolling Stones ontstonden ook allerlei bandjes in Nederland. Rob en ik fantaseerden over onze eigen band. Wij zouden de leiders van die groep worden, dat hadden we al snel uitgemaakt. Wij hadden immers lang haar, we wisten alles over Britse en Amerikaanse artiesten en kenden veel songteksten uit ons hoofd. Rob kon aardig drummen op de tafelrand en ik - ach, ik kon me altijd nog wel bekwamen op de sologitaar en anders zong ik alleen maar. Niet veel van de rockers op de hitparade hadden een conservatoriumopleiding gehad.

Ideeën genoeg. We zouden beginnen met vertalingen van Engelstalige nummers. Dat konden wij beter dan die Hilversumse tekstschrijvers. Andere plannen waren om klassieke muziek om te bouwen tot echte rocknummers. De Vijfde van Beethoven en Rhapsody in Blue waren daar uitermate geschikt voor - niemand had toen nog van Rick van der Linden en Ekseption gehoord.

squibs1

Thuis kondigde ik mijn plannen alvast aan. Ik zou van school gaan en carrière in de muziek maken. Mijn vader nam het erg serieus en maakte in niet mis te verstane woorden duidelijk dat daar niets van kon komen. De omstandigheden waren dus uitstekend, want elke artiest moest nu eenmaal tegen de stroom in roeien.

Een garage of een andere locatie zoeken om te gaan oefenen stond vooralsnog niet op het programma. Onze eerste zorg waren goede publiciteitsfoto’s, dan kwam de rest vanzelf. Begin 1965 kwam ik op een amateurfestival met tienerbands als de Humiko’s en The Baby Rockers een jongen tegen uit mijn klas op de Chr. Hbs, Otto Hogendijk. Net als wij, was hij aangestoken door de goede sfeer en het duidelijke succes van de Zaanse bandjes en hij zei meteen ‘ja’ toen wij met hem over onze plannen begonnen – en Otto had nog redelijk lang haar ook. Otto zou slaggitarist worden. Theo Garritsen, een jongen uit de klas van Rob, werd het vierde bandlid en onze toekomstige basgitarist.

squibs2

Nu de belangrijkste hobbels genomen waren, werd het tijd voor een mooie foto van de band om straks, met handtekening, uit te delen aan onze fans. Familieportretten werden in die tijd vaak gemaakt bij Foto Kat in de Westzijde, dus gingen wij daar heen op een winterse zaterdagmiddag. Enthousiast begonnen wij te vertellen over onze band, die we de naam The Squibs, de voetzoekers, hadden gegeven. Kat zag het helemaal zitten, hield een lange verhandeling over rechten en bedragen, zette ons in de studio in een stramme houding neer en maakte een foto.

Daar hadden we niet veel vertrouwen in. The Beatles en The Stones lieten zich bij voorkeur fotograferen in meer urban settings, met gesloopte huizen of rioolbuizen op de achtergrond. Dit wordt niks, zelden we tegen elkaar, dat kunnen we beter zelf overdoen. Een broertje van Otto werd opgetrommeld en we maakten een reeks foto’s rond de Bullekerk.

Helaas bleek het broertje alle foto’s te hebben bewogen. En inderdaad was de foto van Kat precies zo stijf en verkeerd als we hadden vermoed, toen ik die een paar dagen later afhaalde. Het enige voordeel was dat de rekening wel later zou komen, als de orders voor de nabestellingen zouden binnenstromen. Betaald hebben we dus nooit.

Deze tegenslagen waren het laatste wat van The Squibs vernomen werd. De nieuwe bandleden waren toch niet zo enthousiast, ik haakte ook af. Rob zette naderhand door met een stel andere vrienden. Zo kwam hij met zijn band Crepious Crowd met foto en al in Hitweek, wat uiteindelijk tot boekingen leidde en zelfs tot optredens, met als hoogtepunt een bijna-optreden in Paradiso.

crep-hit

 

Link:

Zaanse Pophistorie over Crepious Crowd

 

 

Copyright © 2015-2024 Studio Martin Rep Bussum