loods528Hoe wij onderweg naar de perfecte meubeltjes voor onze ecologische tuin in een levensgevaarlijke situatie op de snelweg belandden.

Het heeft een flink bedrag gekost om onze achtertuin om te toveren tot een ecologisch verantwoord paradijsje. Alleen nog maar plantjes en bloemetjes die van vreemde smetten vrij zijn, geen exoten uit de tropen of andere verre landen – Geert Wilders zou zijn vingers erbij aflikken. 

Onze tuinman Wijnand heeft er een prachtig ontwerp voor gemaakt dat ons budget tweemaal te boven ging, maar na een beetje heen-en-praten kwamen we op een mooi bedrag uit, en nog steeds komt er geen bloemetje in dat onze taal niet spreekt. Het wachten is nu op de bijtjes en de hommeltjes, de vlindertjes, wormpjes en allerlei torretjes die het ecosysteem op volle toeren laten draaien.

“Maar dat tuinmeubilair”, zei Dicky tegen me, “dat kan nou ook niet meer.”

Ik keek eens goed naar het armoedige setje stoelen dat om onze haveloze tuintafel stond gedrapeerd. Ze had volkomen gelijk. In geen eeuwen geschilderd, en ook al hadden ze indertijd bij het tuincentrum gezegd dat het hout niet behandeld hoefde te worden, het zag er niet meer uit. Grijs en grauw, geen mens wilde daar nog op zitten.

Wijnand had in zijn ontwerp een mooi plekje getekend waar we straks van een heerlijk glaasje wijn konden genieten, temidden van onze heemplanten, waartussen hij na enig tegensputteren ook de hibiscus had toegelaten die we nu eenmaal net hadden gekregen van lieve vrienden. Nederlands-Indië is ook een beetje vaderland, toch?

We kunnen hier heus wel Indisch eten thuis klaarmaken 
Sambal goreng telor, lontong, tahoe pedis 
Alleen, de buren hebben het niet zo graag 
En we kunnen hier ook heus wel tropische planten kopen 
Zoals bijvoorbeeld kembang sepatoe 
Dat noemen ze hier hibiscus, hibiscus 
En allerlei varens: canna's, gerbera's, orchideeën 
Maar het staat hier in de huiskamer toch heel anders 
Dan daar in de vrije natuur, ja 
Trouwens, ze gaan allemaal dood bij de kachel

(Wieteke van Dort: Arm Den Haag)

 loods527
 loods530
 loods529

“We moeten maar eens bij Loods 5 gaan kijken”, zei ik. “Die hebben volgens mijn mooie tuinsets. En dat is vlak bij het Hembrugterrein in Zaandam.” Amersfoort had ook gekund, maar het bloed kruipt waar het niet gaan kan. Bovendien: op het Hemburgterrein is zowel de redactie van De Orkaan gevestigd als Uitgeverij Oevers. Kon ik even buurten bij Piet Bakker en Merel Kan, of anders bij Martijn Couwenhoven misschien meteen even informeren of er al een tweede druk wordt opgelegd van mijn Piet Kruiver-biografie. 

Dat leek Dicky onzin. “Het is zondag, dan is de uitgeverij dicht. En Merel en Piet zijn nu heus niet op de redactie van De Orkaan, die zitten lekker op de camping of zo.” Maar even zo vrolijk ging ze achter het stuur zitten. Op naar Zaandam!

Tien minuten later stuurde ze fluitend de A 1 op, richting Amsterdam. Toen gebeurde het.

“Wat hoor ik een raar geluid uit de motor”, zei ik. Maar het was de motor niet. Een paar seconden later klonk een vreselijk geraas achter ons. Ons autootje begon te slingeren, Dicky had al haar stuurmanskunst nodig om hem op de weg te houden.

We reden op de middenbaan, vlak bij de afslag naar Schiphol. Ze stuurde bekwaam naar rechts, naar de vluchtstrook. Enkele seconden later keken we elkaar verbijsterd aan. Wat was er gebeurd?

Ik stapte uit, op het gras. Het was meteen duidelijk. Om het rechterachterwiel zat geen band meer, alleen een paar stukken rubber. Finaal aan gort gereden.

Wat nu? Meteen de  Wegenwacht bellen natuurlijk. Met trillende handen begon ik op mijn iPhone het nummer te zoeken. Een vloek, geen netwerk. In plaats van het wifi-icoontje of de vertrouwde 4G-melding stond er alleen een pesterige E. Geen idee wat dat betekende, maar in ieder geval geen internet.

Dicky’s telefoon dan maar, die heeft een beter modelletje dan ik. Contact!   

Binnen enkele seconden werd er opgenomen.

“Waar staat u?” Nummer hectometerpaaltje zoveel.

“U staat toch wel achter de vangrail?” Nee, shit, we zitten nog in de auto. 

“U moet meteen achter de vangrail gaan staan. Er komt binnen een paar minuten een sleepauto.”

Een echte sleepauto? Wat geweldig! Ik heb ooit nog wel hulp van de Wegenwacht gehad die in een gele Renault 4 kwam aanrijden en de schade op de vluchtstrook repareerde. We rijden onze Punto twintig meter naar voren, hij ploegt door het gras, en wachten achter de vangrail gehoorzaam tot de sleepauto eraan komt. Niet van de ANWB, zo werkt dat niet. 

“Ik kom u alleen van de snelweg halen. Ik zet u in Diemen neer bij een benzinestation, daar kunt u opnieuw de ANWB bellen”, zegt de in een oranje reddingsvest gestoken bestuurder.

We geven de autosleutels aan onze reddende engel, klimmen in de cabine van zijn auto, en kijken bewonderend toe hoe hij met een afstandsbediening de klep van zijn bak neerlaat en daarna onze kleine Italiaan erop rijdt.

Hij klimt ook de cabine in en begint te rijden. Dan wijst hij op de rode kruisen op de matrixborden die boven onze rijstrook hangen.

“Wie heeft u gebeld?”

“De Wegenwacht natuurlijk.” Onze chauffeur schudt zijn hoofd. “He-le-maal fout.”

Hij draait zich om naar ons. 

“Zie u die rode kruisen? Dat hebben de mensen van 1-1-2 gedaan. De reddingdienst zogezegd. Nu pas staan de kruisen boven onze rijbaan op rood. Omdat de ANWB het aan 1-1-2 heeft doorgegeven. Allemaal vertraging, U had meteen 1-1-2 moeten bellen.”

Een auto op de baan naast ons, die ons zojuist is gepasseerd, voegt voor ons in op onze baan. Onze chauffeur schudt opnieuw zijn hoofd. “Die is nu al gefotografeerd en krijgt straks een stevige prent thuis. Honderd procent zeker weten.”

Wij zijn trots op de rijbaan die nu even helemaal van ons is. Dankzij het rode kruis.

Even later verlaten we de snelweg en worden we afgezet bij een benzinestation. We nemen afscheid van de sleepdienstmeneer en bellen opnieuw met de ANWB.  Een halfuur later rijden we verder naar Zaanstad, of er niks is gebeurd.

Maar niet naar Loods 5, maar naar onze zwager in Assendelft. Om bij een biertje van de schrik te bekomen, en de familie op de hoogte te stellen van onze nieuwe avonturen, en natuurlijk van het belang van 1-1-2.

De tuinset hebben we uiteindelijk in ons eigen dorp gekocht. Die staat nu mooi te pronken tussen de bijtjes, de bloemetjes en de hibiscus. 

Copyright © 2015-2025 Studio Martin Rep Bussum